Informatie die we nog veel beter kunnen benutten, bijvoorbeeld bij complexe opgaven als klimaatadaptie, energietransitie, woningbouw, economie en veiligheid. Netherlands Space Office faciliteert de toegankelijkheid tot deze data en adviseert overheden over de inzet ervan.
Netherlands Space Office (NSO) is het ruimtevaartagentschap van de Nederlandse rijksoverheid. Het programma Bevorderen Gebruik Ruimtevaart binnen het NSO stimuleert het gebruik van satellietbeelden als oplossing voor onder meer maatschappelijke vraagstukken.
“Satellietdata nemen waar wat mensen met het oog niet kunnen zien”, vertellen programmamanager Wim Looijen en adviseur satelliettoepassingen Coco Antonissen bij het NSO. “Deze gegevens zijn van grote waarde voor de inrichting van Nederland. Door de data te combineren met andere type geo-data ontstaat een zo’n gedetailleerd mogelijk beeld van Nederland. Dit geeft mede sturing aan het verstandig inrichten van ons land.”
NSO organiseert de toegang tot data, maar ontwikkelt zelf geen producten. Wim: “We gaan in gesprek met overheden om te achterhalen welke informatievraag zij hebben. We kunnen dan gezamenlijk bepalen of satellietdata antwoord kunnen geven op die vraag. Op basis van die vraag gaan we op zoek naar bedrijven die het product kunnen maken. We hebben daarvoor budget beschikbaar om het product te ontwikkelen.”
Diverse soorten satellietgegevens
Gegevens over hoe Nederland er vanuit de ruimte uitziet, komen van diverse soorten satellieten. “Deze verschillende satellieten verkrijgen ieder op hun eigen manier een stukje data dat kan bijdragen aan het oplossen van maatschappelijke opgaven”, vertelt Coco. “Denk aan het begrijpen van klimaatverandering, het bewaken van de luchtkwaliteit en het borgen van veilige navigatie en effectieve communicatie.”
Radardata: bodembeweging en overstroming
Radarbeelden zijn, in tegenstelling tot luchtfoto’s, actief. Coco: “Dat wil zeggen: een radarsatelliet zendt microgolven uit. Deze weerkaatsen op aarde. Die reflectie vangt de satelliet weer op. Vegetatie, infrastructuur en water hebben verschillende reflecties. Op die manier kunnen verschillende soorten oppervlakten worden onderscheiden. Een groot voordeel is dat je met radarbeelden dwars door wolken heen kunt kijken, en je dus niet afhankelijk bent van de weersomstandigheden.”
Radarbeelden brengen onder meer de bodembeweging in kaart. “Met radardata kunnen zelfs verschuivingen tot enkele millimeters per jaar worden waargenomen. Dat is onder meer belangrijk voor het monitoren van wegen en dijken: waar vindt zetting plaats en kunnen zwakke plekken ontstaan. Maar ook om inzicht te krijgen in waar bodemdaling schade zal opleveren aan woningen of aan kabels, leidingen en riolering”, aldus Coco.
Naast bodembeweging, tonen radarbeelden ook het wateroppervlak. Wim vertelt: “Met deze beelden is goed onderscheid tussen land en water zichtbaar en zijn waterlichamen zoals rivieren te zien. Dit kan nuttig zijn voor het in kaart brengen van overstromingen. We hebben dit bijvoorbeeld gedaan voor de overstroming van de Waal bij Nijmegen in december 2020.”
Multispectrale en hyperspectrale satellietfoto’s: landbouw, archeologie en natuurbeheer
Coco: "Met een multispectrale satelliet meet je het (zichtbare) spectrum in smalle banden. In ons land zijn er bijvoorbeeld archeologische ontdekkingen mee gedaan, zoals een nederzetting in Holten. En Wageningen University & Research heeft een Groenmonitor gemaakt. Die gebruikt multispectrale satellietdata, die worden vertaald naar landbouwkundige processen of natuurontwikkeling over de seizoenen. Heel belangrijk voor toepassing in de landbouw en het monitoren van natuurontwikkelingen.”
Een andere vorm van satellietdata zijn hyperspectrale satellietfoto’s. “Met een hyperspectrale satelliet meet je ontzettend veel kleuren”, aldus Wim. “Met onze ogen zien we rood, groen en blauw maar met deze satelliet kun je daar tussenin nog veel meer kleuren waarnemen. Iets wat voor onze ogen dezelfde kleur heeft, kan er op hyperspectraal beeld anders uitzien. Daardoor kunnen bijvoorbeeld verschillen in vegetatie en mineralen worden waargenomen. In Australië gebruiken ze deze beelden bijvoorbeeld om te kijken waar er zeldzame mineralen aan de oppervlakte zitten.
TROPOMI: klimaat
TROPOMI (TROPOspheric Monitoring Instrument) is een satellietinstrument dat luchtvervuiling meet in de onderste laag van onze dampkring: de troposfeer. Coco: “Het instrument is om drie redenen uniek: het meet elke dag de hele aarde, met heel kleine pixels van 3,5 x 5,5 km en met de hoogste nauwkeurigheid voor instrumenten van zijn soort.”
Met het oog op klimaatverandering is inzicht in de luchtkwaliteit van cruciaal belang. “We willen weten hoe het klimaat zich ontwikkelt en welke maatregelen we kunnen nemen tegen klimaatverandering. Via TROPOMI kan bijvoorbeeld de verdeling van de hoeveelheid stikstofdioxide (N02) worden gemeten. Met de gemeten concentraties kunnen we de hoeveelheid uitstoot van individuele bronnen inschatten en veranderingen hierin monitoren. Als we de oorsprong van deze vervuilingen kennen, kunnen we maatregelen nemen.”
MeteoSat: windsnelheid
De MeteoSat-serie is van groot belang voor onze dagelijkse weersverwachting én voor wetenschappelijk onderzoek naar extremer weer en klimaatverandering. “Dat zijn geostationaire satellieten. Dat betekent dat de satelliet zich altijd boven dezelfde plek op aarde bevindt en niet om de aarde heen vliegt. Door opeenvolgende beelden te vergelijken en de beweging van de wolken te analyseren, kun je een inschatting van de windsnelheden maken. Dat geeft windparken en netbeheerders de mogelijkheid beter in te spelen op schommelingen in het energie-aanbod.”
Navigatiesysteem Galileo: veiligheid en mobiliteit
“We maken veel gebruik van data voor tijd- en plaatsbepaling. Denk maar aan Google maps”, zegt Wim. “Maar dat is best kwetsbare informatie. Om de afhankelijkheid van EU-lidstaten van het Amerikaanse GPS te verminderen, hebben de Europese Commissie en de Europese ruimtevaartorganisatie ESA het satellietnavigatiesysteem Galileo ontwikkeld. Het levert radiosignalen voor plaatsbepaling, navigatie en tijdsbepaling. Deze gegevens zijn cruciaal voor de mobiliteit in ons land. Het systeem zorgt ervoor dat we ons van A naar B kunnen verplaatsen, maar is ook van belang voor brandweerzorg, rampenbestrijding en crisisbeheersing.”
Vanuit het ministerie van Infrastructuur & Waterstaat en het ministerie van Defensie wordt gewerkt aan de Public Regulated Service (PRS). Coco: “Dit is een beveiligd signaal van Galileo dat niet kan worden aangetast door onbevoegde partijen. Dit is belangrijk voor onder meer het behoud van veiligheid. Hulpdiensten moeten er bijvoorbeeld zeker van zijn dat ze in geval van nood weten naar welke locatie ze moeten en hoe ze daar het snelst kunnen komen.”
Programma ARTES: telecommunicatie
Satellietcommunicatie zorgt ervoor dat we van over de hele wereld met elkaar kunnen communiceren via internet en telefonie. Coco: “Binnen het Europees Ruimteagentschap valt deze communicatie onder ARTES (Advanced Research in Telecommunications Systems). Dit is een programma dat de ontwikkeling van Satellietcommunicatie ontwikkelt en verbetert. Een voorbeeld van ARTES is de nieuwe Nederlandse toepassing MedAssist Live, waarmee artsen met tweeweg augmented reality medische hulp kunnen bieden op de meest afgelegen locaties in de wereld – via de satellietcommunicatie dus.”
Meer informatie
Het NSO heeft een eigen satellietdataportaal waar je, naast de open satellietdata, ook praktijkvoorbeelden kunt vinden van het gebruik van satellietdata. Wil je weten wat NSO kan betekenen voor jouw organisatie en hoe satellietdata kan bijdragen aan actuele vraagstukken? Neem dan contact op met Coco Antonissen (c.antonissen@spaceoffice.nl) en/of Wim Looijen (w.looijen@spaceoffice.nl).
20 september: Netwerkbijeenkomst ‘Zicht op Nederland, vanuit de ruimte’
NSO, het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, overheden en bedrijven komen bij elkaar om kennis te delen over de inzet van satellietdata bij grote opgaven en ruimtelijke planvorming. Het Netherlands Space Office en Zicht op Nederland – Datafundament organiseren daarvoor op 20 september van 13.00 tot 18.00 uur de netwerkbijeenkomst ‘Zicht op Nederland, vanuit de ruimte’. Meer informatie en de mogelijkheid je aan te melden, vind je in onze agenda.